Cookie beleid TOS-Actief

De website van TOS-Actief is in technisch beheer van VoetbalAssist en gebruikt cookies. Hieronder de cookies waar we je toestemming voor nodig hebben. Lees ons cookiebeleid voor meer informatie.

Functionele cookies

Voor een goede werking van de website worden deze cookies altijd geplaatst.

Analytische cookies

Google analytics Toestaan Niet toestaan

Marketing cookies

Facebook Toestaan Niet toestaan

‘In de moeilijke kinderen zit mijn grootste uitdaging’

‘In de moeilijke kinderen zit mijn grootste uitdaging’

25 februari 2024 8:00


Noem hem gerust de Robfather. Als iemand in de voorbije decennia zijn stempel heeft gedrukt op TOS-Actief, dan is het Rob Moerbeek (67). Lid sinds 1966, kantinemedewerker vanaf zijn 16e en daarna, tot op de dag van vandaag, actief in talloze functies in het bestuur en op het veld. Toen het vorig jaar slecht ging met TOS stapte hij samen met andere oudgediende Rein Fransen opnieuw naar voren en stuurde met strakke hand, en de hulp van velen, de ommekeer aan. Een gesprek aan de hand van vijf dilemma’s.

TOS toen of TOS nu?

“Het is totaal anders. Vroeger was het een grote familie. Je voetbalde, bleef na de training tot 3 uur ‘s nachts hangen in de kantine, ging naar verjaardagen, op je 16e met de brommer samen naar Winterswijk op vakantie, op wintersport met je eerst verdiende salaris. Je groeide echt samen op. Inclusief minder leuke zaken trouwens: ruzies, echtscheidingen.
kantine_met_tkst.png
De vrouwen voetbalden niet. Als de meiden naar het voetbalveld of de kantine kwamen, was dat vaak voor de mannen. Schoten ze bij jou niet raak dan namen ze je vriend. De clubmoeders waren voor mij ook enorm belangrijk. Dat waren hardwerkende vrouwen. Terwijl de mannen voetbalden, klusten en klaverjasten, stonden zij achter de bar en in de keuken. En ze namen het wasgoed mee en  maakten de volgende dag samen de kantine schoon.  
lmskaart.png
Nu is het egocentrischer. De partner speelt zelden een rol, die heeft zijn of haar eigen dingen. Op het moment dat er kinderen komen, zie je soms wel weer betrokkenheid. Dan gaat papa het proberen bij de 45+. Er zijn allerlei categorieën bij gekomen: meisjes, vrouwen en ook in leeftijd, van 6 tot 80. Dat vind ik een van de beste ontwikkelingen. Vroeger kon je je niet voorstellen dat 65-jarigen voetbalden. Of dat mannen met kinderwagens langs de lijn hun vrouwen aanmoedigden.”

rob_training.aspiranten.PNGAspiranten of moeilijke doelgroepen?

“Het is een ideale combinatie. Op mijn 25e ben ik begonnen met maatschappelijk werk. Dat heb ik vanuit huis meegekregen, het zit in onze genen, dit soort werk. Vroeger was het echt zwaar, alcoholisme, verslaving, armoede, verwaarlozing, het kwam allemaal langs. Maar vanaf mijn 16e stond ik ook als vrijwilliger op het trainingsveld en begeleidde ik jeugd. Het was heerlijk als je na het werk op je fiets kon stappen naar TOS-Actief. Als ik aankwam, was ik mijn bagage van die dag alweer kwijt.

Ik heb heel veel geleerd vanuit de sport dat ik kon gebruiken in m’n werk en andersom. Er zijn altijd kinderen die extra aandacht behoeven. Dat moet je herkennen. Dat moet je ruiken, zo noem ik het. Je kunt kinderen snel beschadigen als je geen kennis van zaken hebt. Juist die moeilijke kinderen, daar zit mijn grootste uitdaging in. Dat een kind dat wekenlang elke training problemen heeft, opeens gaat meedoen. En dan een waardevolle aanwinst is. Niet alleen voor de sport, maar ook voor de maatschappij.

Bestuursleden of bestuurscommissies?


“Eén penningmeester, één secretaris, één voorzitter, die na de vergadering gaan klaverjassen, dat is niet meer. De eisen liggen veel hoger. Trainers moeten een VOG (Verklaring omtrent Gedrag) inleveren, een diploma halen. Als je subsidie aanvraagt moet je 25 formulieren invullen. De bureaucratie is vele malen groter en ingewikkelder. 
En je moet mensen opleiden, een achterwacht hebben als iemand ziek wordt. En niet te vergeten, je moet zorgen dat het leuk blijft! Overigens zie je dat het traditionele TOS-beleid, dat alle (ouders van) leden verplicht zijn om vrijwilligerswerk te doen, nu bij heel veel clubs wordt ingevoerd.

sean_en_rob.JPGControleren of loslaten?


“Controleren! In mijn werk heb ik altijd met teams gewerkt. Ik gaf het personeel heel veel ruimte. Maar niet zonder controle. Want dat is in mijn optiek de dood in de pot. Als er niemand is met een visie, een helikopterview die de kaders neerzet, dan gaan mensen zwemmen.

Als dingen niet goed gaan, kun je loslaten, ik noem dat wegkijken, maar dan gebeurt er niets. Loslaten is iets dat mensen moeten verdienen. Ik ben daar redelijk ouderwets in. Ik ben aan mijn knie geopereerd en kon daardoor de aspirantentraining niet coördineren. Ron Sewberath heeft dat overgenomen. Dat werkt. Als het zo gaat vind ik het prima.”

Het (voetbal)doel of de weg ernaartoe?


“Scoren en prestaties interesseren mij eigenlijk geen ruk. Als iedereen maar plezier heeft. Behalve toen ik zelf voetbalde. Want ik wilde graag winnen. 

lintje_met_tkst.pngEen ultiem doel in mijn leven is iets te betekenen voor mensen die sporten, met name jongeren. Iets toe te voegen aan de persoon. In welke vorm ook: conditioneel, voetballend, gedrag, scholing. Bij TOS begeleiden we elk jaar 15 trainers in opleiding, die helpen bij jeugdtrainingen. Het doet zoveel als kinderen van 14, 15 verantwoordelijkheid krijgen, of een compliment als ze elke keer weer op tijd zijn. 

De weg ernaartoe dus. We gaan nu ook kijken naar initiatieven voor een wat oudere groep: 18 tot 30 jaar. Bijvoorbeeld door ons netwerk in de vereniging te gebruiken en jongeren kans te geven een dagje ergens mee te lopen. Mijn zoon heeft dat op z'n 16e op de kankerafdeling van een ziekenhuis gedaan via het TOS-netwerk. Hij is traumachirurg geworden.

Veel Tossers hebben zich ontzettend goed ontwikkeld, mede door de club. Daar ben ik trots op.”

teamsfoto_juichen.png
Delen

voeg je eigen gadgets toe aan deze pagina!